De mkb-maakindustrie is in het derde kwartaal iets minder positief geworden. Zo zijn de verwachtingen voor het vierde kwartaal weer wat meer getemperd dan eerder voor het derde kwartaal. Uitdagingen voor de sector liggen vooral in de beschikbaarheid van personeel en materialen en de hoge grondstofprijzen. In het derde kwartaal is de groei van de binnenlandse orderpositie afgenomen en die van de buitenlandse orderpositie zelfs tot stilstand gekomen.
Dit zijn de belangrijkste uitkomsten uit de Koninklijke Metaalunie Economische Barometer van de mkb-maakindustrie over het derde kwartaal van 2021.
Orderpositie binnenland
Het herstel van de binnenlandse orderpositie in de eerste helft van 2021, zet zich in het derde kwartaal voort, maar wel in een lagere versnelling. Zoals gebruikelijk in het derde kwartaal is de ontwikkeling van de orderpositie als gevolg van de zomervakantie minder sterk dan in vorige kwartalen. Bij een derde van de respondenten is de orderpositie binnenland verbeterd ten opzichte van het vorige kwartaal, terwijl deze bij 20% van de bedrijven verslechterde.
De waardering van de binnenlandse orderpositie is in het derde kwartaal weer wat positiever dan in het voorliggende kwartaal. 57% van de bedrijven geeft aan tevreden te zijn over de binnenlandse orderpositie, terwijl 8% aangeeft hierover ontevreden te zijn. Dit was in het tweede kwartaal respectievelijk 46% en 12%.
De verwachtingen van de binnenlandse orderpositie voor het vierde kwartaal zijn weer positiever dan in voorgaande kwartalen. 35% van de bedrijven verwacht een groei van de orderpositie, terwijl 6% een afname verwacht. De gemiddelde orderportefeuille in weken is ook in het derde kwartaal toegenomen met een week ten opzichte van het vorige kwartaal en bedraagt nu gemiddeld 11,9 weken.
Orderpositie buitenland
De helft van de bedrijven geeft aan te exporteren. De meeste exporterende bedrijven zijn actief in de machinebouw, de metaalwarenfabricage en de verspaning. 9% exporteert tot 10% van hun omzet en 35% exporteert meer dan 10% van de omzet. Van de bedrijven die meer dan 10% van hun omzet exporteren, is het exportaandeel van de omzet gemiddeld bijna 40%.
Terwijl de binnenlandse orderpositie in het derde kwartaal nog groeide ten opzichte van het tweede kwartaal, is deze voor de buitenlandse orderpositie tot stilstand gekomen. Bijna 25% van de exporterende ondernemers heeft een grotere orderpositie dan in het tweede kwartaal. Een zelfde aantal ondernemers meldt dat deze juist kleiner is.
De deelnemende bedrijven beoordelen hun orderpositie buitenland op een zelfde, wat zuinige manier als in het tweede kwartaal. Een derde deel van de exporterende ondernemers is tevreden over de orderpositie, terwijl 15% ontevreden is.
Voor het vierde kwartaal van dit jaar wordt ook een hele voorzichtige toename van de exportportefeuille verwacht. Bijna een kwart van de exporteurs verwacht een groei van de buitenlandse orderpositie, terwijl 11% verwacht dat deze zal afnemen.
Prijzen/beschikbaarheid materialen
Net als in het tweede kwartaal verhoogde in het derde kwartaal zes op de tien bedrijven hun verkoopprijzen. Ook nu weer zijn de verschillen tussen sectoren groot. De meeste bedrijven die de verkoopprijs verhoogden, zijn toeleveranciers aan de bouw en metaalwarenbedrijven. Dit zijn niet toevallig bedrijven met een hogere inkoopcomponent grondstoffen.
Van de 60% bedrijven die de verkoopprijs verhoogde zegt 40% dat dit niet voldoende is om de gestegen grondstofprijzen te compenseren. Twee derde van de respondenten heeft in het derde kwartaal te maken gehad met materialen die niet leverbaar waren.
Personeel en vacatures
Bij de respondenten van deze Economische Barometer werken gemiddeld 17,5 mensen, 15,6 medewerkers met een vast contract en 1,9 met een flexibel contract. Het aandeel bedrijven met meer mensen in vaste dienst ontwikkelt zich in 2021 vrij constant. 18% van de bedrijven heeft meer vaste medewerkers in dienst, terwijl 10% aangeeft minder vaste mensen in dienst te hebben. Voor ingeleend personeel geldt dat dit per saldo bijna gelijk gebleven is. Bij 11% nam het aantal mensen op een flexibel contract toe, terwijl dit bij 10% van de bedrijven afnam.
De helft van de mkb-maakindustriebedrijven heeft medio 2021 tenminste een vacature uitstaan. Gemiddeld hebben de bedrijven met vacatures 1,9 vacatures openstaan. Afgezet tegen alle medewerkers hebben de Metaalunieleden gemiddeld voor 5,5% van het personeelsbestand aan vacatures openstaan. Een jaar geleden lag dit percentage nog op 2,9%.
Dat het aantrekken van personeel moeilijker wordt, blijkt uit het afnemende aandeel vacatures dat men verwacht in te vullen. Van alle openstaande vacatures verwachten de ondernemers het komende halfjaar 76% in te kunnen vullen. Een jaar geleden was dit nog bijna 100%.
Bedrijfsresultaat
Na enkele kwartalen van stagnatie neemt de winstgevendheid in de mkb-maakindustrie weer wat toe. Net als bij de ontwikkeling van de orderpositie is ook de ontwikkeling van het bedrijfsresultaat in het derde kwartaal minder goed dan de voorliggende kwartalen. Dat wordt veroorzaakt omdat veel medewerkers met vakantie gaan, maar de kosten gewoon door lopen.
21% van de bedrijven geeft aan een beter bedrijfsresultaat te hebben behaald dan in het tweede kwartaal, terwijl dit bij 22% van de deelnemers aan de enquête slechter was. De waardering van het bedrijfsresultaat is daarentegen wat toegenomen ten opzichte van het vorige kwartaal. 50% procent van de bedrijven is tevreden, terwijl 8% aangeeft ontevreden te zijn over het bedrijfsresultaat.
Het verwachte bedrijfsresultaat voor het vierde kwartaal van 2021 is bescheiden. Net als voor het derde kwartaal geeft per saldo 13% aan voor het komende kwartaal een beter bedrijfsresultaat te verwachten. De ontwikkeling van de winst is, na drie kwartalen stabiel te zijn geweest, in het derde kwartaal toegenomen. Bijna twee derde van de bedrijven maakt winst, een kwart draait quitte en nog 8% draait met verlies.
Investeringen machinepark
De investeringsbereidheid blijft in 2021 nog op een relatief laag niveau. 20% van de ondernemers verwacht het komende halfjaar meer in machines te gaan investeren, 30% juist minder en 50% net zo veel als het afgelopen halfjaar.
Bbl-studenten
In deze Economische Barometer is een extra vraag opgenomen over bbl-studenten. Gevraagd is naar het aantal bbl-studenten in het vorige schooljaar en het huidige schooljaar.
In het schooljaar 2020–2021 heeft 38% van de bedrijven gemiddeld 1,7 bbl’ers in dienst gehad. Voor het huidige schooljaar 2021-2022 gelden nagenoeg dezelfde aantallen. 36% van de bedrijven heeft gemiddeld 1,7 bbl’ers aan het werk. Voor beide schooljaren geldt dat de meeste bbl’ers een opleidingsplek vonden bij las- en constructiebedrijven en onderhoudsbedrijven.